vrijdag 31 maart 2023

het altaar in de geestelijke wereld.

.

Op 13 januari 1924 publiceerde Rudolf Steiner in het mededelingenblad van de antroposofische vereniging de Grondsteenmeditatie. Op dezelfde dag deelde de ziel van de in 1916 overleden Helmut von Moltke via Rudolf Steiner de volgende woorden mee aan zijn vrouw. In de geestelijke wereld ziet de ziel van Moltke de 20e eeuw vanaf het einde terug, en zegt tegen zijn vrouw dat voor het einde van de eeuw de doelen van de kerststichting niet kunnen worden bereikt:

 "Ja, als men dit maar hoorde: 'beoefen geestesherinnering', 'beoefen geestesbewustzijn', 'beoefen geesteszien'. Maar de mensen zullen het pas horen als de Michaëlgeest erin slaagt in het astrale licht de sporen te vinden die leiden naar het geestenaltaar waarop de astrale vlam brandt die Ahriman vreest.

Dit zal ongetwijfeld tot het einde van de eeuw duren. Want er zijn nog geen ogen die de Christus in het etherlicht kunnen waarnemen. Ogen gevuld met de verdeeldheid die in de mensheid heerst, zullen niet in staat zijn een dergelijk zicht te hebben". 

Van Johanna Keyserlingk s ook een uitspraak bekend over zo'n altaar. 

Rudolf Steiner kon zijn leerlingen in het geestlichaam onder­wijzen, zoals dat ook in de mysteriedrama’s aangegeven is. Reeds hadden enkele van zulke leringen in de geest plaatsgevonden, zodat dit geen verrassing was, maar in rustige bewustheid beleefd kon worden. 

       Het was op de morgen van de crematie van Rudolf Steiner, waar ik niet naar toe ging. Nog stond het lichaam van de leraar opgebaard in zijn atelier, daar dook naast mij de aura van de geliefde leraar op. Ik kreeg de mededeling dat ik moest schrijven. Ik nam papier en pen en uit zijn tegenwoordigheid kwamen de navolgende woorden. Vaak kon ik niet snel genoeg meeschrijven, dan werd er gepauzeerd en gewacht tot ik weer bij was, zo als Rudolf Steiner dat ook vroeger gedaan had, als hij mij dicteerde.

       "Mijn taak is beëindigd."       "Wat ik de mensen die er rijp voor waren kon geven, heb ik hun gegeven."       "Ik ga heen, want ik vond geen oren, die achter het woord het geestes­woord konden horen."       "Ik ga heen, want ik vond geen ogen, die achter de aardebeelden de geest­beelden konden schouwen."       "Ik ga heen, omdat ik geen mensen vond, die mijn wil konden verwer­kelijken.       "De mysteriën blijven verborgen, tot ik terugkom. Ik zal terugkomen en de mysteriën onthullen, wanneer het mij gelukt is om in geestes­werelden een altaar, een cultische plaats voor de mensenzielen te scheppen. Dan kom ik terug. Dan zal ik doorgaan met de mysteriën te onthullen."
       "Diegenen hebben schuld aan mijn dood, die de hartecultuur hebben tegengehouden. Waren de mensen door hun harten in de diepte gedrongen, dan hadden ze de kracht gevonden voor de opgaven van deze tijd."


                                         altaar met Rudolf Steiner en Christian Rosenkreutz

 

Meditations-Vorbild zur Herstellung einer Verbindung mit Rudolf
Steiner, von diesem Dr. Ita Wegman auf deren fragende Bitte gegeben
im Jahre 1925.
Gewand: weiß; Stola: Christian Rosenkreuz rechts - blau; Rudolf Steiner - rot links
Stola-Rand und Zeichen: gold

In antwoord op een vraag van een leeerling wie hij was antwoordde hij:

mijn individualiteit gaat als een rode draag door de geschiedenis.



Geen opmerkingen:

Een reactie posten